Hieronder zie je een opsomming van alles wat je aan boord bij controle moet kunnen laten zien. Het is handig om van alle documenten een pdf’je te maken en die op te slaan op je smartphone op tablet. Mocht je controle krijgen en heb je niet alle documenten bij de hand, heb je in ieder geval iets om aan te tonen.
Het vaarbewijs is verplicht voor snelle motorboten (>20 km/u) en schepen met een lengte van meer dan 15 meter. Of je klein vaarbewijs 1 of II moet hebben hangt af van het vaargebied. Vaarbewijs 1 geldt bijna overal, maar niet op het IJsselmeer, Markermeer, IJmeer, Eems/Dollard, Waddenzee, Ooster- of Westerschelde. Vaar je op deze wateren, dan heb je het complete klein vaarbewijs II nodig. Voor de duidelijkheid: vaar je met een boot waar geen vaarbewijsplicht geldt, mag je overal in Nederland varen zonder vaarbewijs.
Meer informatie over het halen van je vaarbewijsVoor snelle motorboten (dus ook voor de rubberboot die sneller dan 20km. per uur kan varen) geldt registratieplicht bij het RDW. Je krijgt een registratiebewijs en een registratieteken. Je moet zelf het registratieteken op je boot zetten. Aan beide zijden, goed leesbaar. De minimum hoogte van de letters en cijfers zijn 150 mm. De minimum breedte is 100 mm. De stambreedte is 20mm. Het maakt niet uit welk lettertype je kiest. De letters/cijfers moeten goed leesbaar zijn.
De originele aankoopnota, een notariële akte of bewijs van registratie bij het Kadaster volstaan prima. Je kunt met deze papieren bij de ANWB een Internationaal Certificaat Pleziervaartuigen 9ICP0 aanvragen voor het buitenland.